Skip to content
Architecture, urban planning and research in, on and next to water
+31 70 39 44 234     info@waterstudio.nl

Nederlander wil drijvende steden aanleggen in VS

AD Haagshe Courant, Stijn Hustinx, Sep 2013

Een Nederlands bedrijf wil drijvende steden bouwen voor de kusten bij Miami en New York. Vandaag ontvouwt Dutch Docklands zijn plannen. ‘De bedoeling is dat nog dit jaar de eerste contracten worden ondertekend’, zegt Paul van de Camp van het bedrijf tegen het AD.

Dutch Docklands begint ‘klein’, vertelt Van de Camp aan het AD. ‘We hebben bij Miami net een meer van 75 hectare gekocht waar we zestien privé-eilanden willen aanleggen ter waarde van 200 miljoen dollar.’

‘Eilandfundering bestaat uit grote plateaus van schuim en beton’
Op termijn zou het concept kunnen uitgroeien tot compleet drijvende steden, met woningen, scholen, kantoren, winkelcentra en hotels. ‘In landen als Japan en Thailand bestaan drijvende steden al sinds mensenheugenis. Samen met onder meer TNO hebben we grote eilandfunderingen ontwikkeld. Het gaat om drijvende lichamen die bestaan uit grote plateaus van schuim en beton en die kun je zo veel als je wilt aan elkaar vastmaken. Dus of je nu één hotel op een klein drijvend eilandje wilt of een complete stad, het kan. Al zou ik het zeker niet simpel willen noemen. Het lastigste aspect is om de boel te stabiliseren.’

Naast kust Miami ook New York en New Jersey
Het Nederlandse bedrijf heeft niet alleen zijn oog laten vallen op de kustregio van het zonovergoten Miami, maar heeft zich ook gemeld in wereldstad New York en de staat New Jersey om daar drijvende eilanden te gaan bouwen. Plekken die vorig jaar nog hard werden getroffen door superstorm Sandy en het wassende water.

Het is niet zonder reden dat de Nederlanders zich juist hier melden. Op basis van recent onderzoek is een mondiale top 5 samengesteld van rijkste steden die het hardst getroffen zullen worden door de stijgende zeespiegel. Die werd eerder deze maand gepubliceerd door National Geographic. Op nummer 1 staat Miami, New York neemt de derde plek in op de ranglijst. Van de Camp zegt dat hij concrete gesprekken voert met instanties in Miami en New York. Hij verwacht dat nog dit jaar de eerste contracten worden ondertekend.

Minister Schultz van Haegen ook in New York
De ondernemer is niet de enige Nederlander die in de VS munt wil slaan uit de stijgende zeespiegel. Vandaag trappen minister Melanie Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) en haar Amerikaanse ambtsgenoot Shaun Donovan een tweedaagse conferentie in New York af, die gaat over kustbescherming.

Nederlandse bedrijven staan sinds superstorm Sandy vorig jaar toesloeg in de rij om New York te helpen te beschermen tegen het water. Dat gebeurde ook al in New Orleans, nadat orkaan Katrina daar in 2005 voor grote overstromingen had gezorgd.

Duurste golfbaan
Dutch Docklands wist een paar jaar geleden al de aandacht op zich te vestigen met de aankondiging van de duurste golfbaan ter wereld, ter waarde van 500 miljoen dollar (ruim 350 miljoen euro) bij de Malediven. Deze golfbaan omgeeft een drijvend stadje van enkele honderden woningen.

Hoewel er op papier al de nodige projecten zijn gelanceerd, krijgt het eerste nu ook echt concreet vorm bij de paradijselijke eilandengroep in de Indische Oceaan, die onder de zeespiegel dreigt te verdwijnen. Dutch Docklands gaat daar vijf lagoons ter grootte van de binnenstad van Delft volbouwen. De eerste wordt eind volgend jaar al opgeleverd.

Click here to read the article

Click here for the website

City apps

The petropolis of tomorrow, Neeraj Bhatia & Mary Casper, 2013

In recent years, Brazil has discovered vast quantities of petroleum deep within its territorial waters, inciting the construction of a series of cities along its coast and in the ocean. We could term these developments as Petropolises, or cities formed from resource extraction. The Petropolis of Tomorrow is a design and research project, originally undertaken at Rice University that examines the relationship between resource extraction and urban development in order to extract new templates for sustainable urbanism. Organized into three sections: Archipelago Urbanism, Harvesting Urbanism, and Logistical Urbanism, which consist of theoretical, technical, and photo articles as well as design proposals, The Petropolis of Tomorrow elucidates not only a vision for water-based urbanism of the floating frontier city, it also speculates on new methodologies for integrating infrastructure, landscape, urbanism and architecture within the larger spheres of economics, politics, and culture that implicate these disciplines.

Articles by: Neeraj Bhatia, Luis Callejas, Mary Casper, Felipe Correa, Brian Davis, Farès el-Dahdah, Rania Ghosn, Carola Hein, Bárbara Loureiro, Clare Lyster, Geoff Manaugh, Alida C. Metcalf, Juliana Moura, Koen Olthuis, Albert Pope, Maya Przybylski, Rafico Ruiz, Mason White, Sarah Whiting

Photo Essays by: Garth Lenz, Peter Mettler + Eamon Mac Mahon, Alex Webb

Research/ Design Team: Alex Gregor, Joshua Herzstein, Libo Li, Joanna Luo, Bomin Park, Weijia Song, Peter Stone, Laura Williams, Alex Yuen

Co-published with Architecture at Rice, Vol. 47

Click here to read the article

Bouwen op water, waarom niet?

Mondiaal Nieuws,  RENÉE DEKKER

Bouwen op water, waarom niet?

Steden worden wereldwijd steeds voller vanwege de trek naar de stad. Koen Olthuis, architect, had een eenvoudige maar revolutionaire ingeving om het gebrek aan ruimte aan te pakken: ‘Waarom niet bouwen op water?’ Speciale drijvende funderingen stelden Olthuis in staat om dit te realiseren. MO* sprak met de Nederlander over hoe bouwen op water ook kansarmen in het Zuiden ten goede kan komen.

Koen Olthuis, eigenaar van het architectenbureau Waterstudio, werd omwille van zijn FLOAT!-project door Time Magazine opgenomen in de lijst “Most influential people 2007”. Het Franse tijdschrift Terra Eco stelde in 2011 dat Olthuis één van de honderd “groene personen” is waarvan de wereld nog veel mag verwachten. Zijn passie voor drijvend bouwen leverde Olthuis ook de bijnaam “Floating Dutchman” op.

Steden zijn niet vol

Olthuis over zijn eigen idee: ‘Als architect kreeg ik regelmatig te horen dat de steden vol zijn. Daarom moet ik in steden zoals New York eerst op zoek gaan naar een pand dat gesloopt kan worden, pas dan kan de bouw van een nieuw project starten. Zo zijn we al snel drie jaar verder voordat een nieuw gebouw af is. Soms zijn de behoeftes van de stad dan al veranderd, met als gevolg dat gebouwen sneller hun houdbaarheidsdatum passeren en opnieuw gesloopt zullen worden.’ Voor dit probleem wilde Olthuis een oplossing zoeken.

De inspiratie hiervoor vond Olthuis niet ver van huis: in het dichtbevolkte Nederland is jaren aan landwinning gedaan om de bebouwbare grond uit te breiden. ‘Toch werkt dit systeem niet optimaal. Omdat een groot deel van Nederland onder de zeespiegel ligt, moet er dag in dag uit gepompt worden om het land droog te houden.’

Gewone huizen bouwen op water, het kan!

Zo kwam Olthuis op het idee om op water te bouwen. ‘Dit bestaat natuurlijk al in de vorm van woonboten. Maar dit voldoet niet aan de eisen van de meeste consumenten van vandaag. Daarom wilde ik gewone gebouwen en huizen kunnen bouwen op water.’ Hiervoor gebruikt Waterstudio een speciaal soort drijvende fundering, die zeer stabiel en veilig is. ‘Doordat negentig procent van alle grote steden op aarde in de buurt van water liggen, creëert dit heel veel nieuwe bouwruimte.’

‘We moeten ook af van het idee dat gebouwen statisch zijn.’ Olthuis verwijst naar de Olympische Spelen: ‘Daarvoor wordt er iedere vier jaar een volledige stad uit de grond gestampt, maar na afloop worden die gebouwen vaak nauwelijks meer gebruikt. Zou het niet beter zijn als we eenmalig drijvende stadions en andere gebouwen konden bouwen om die vervolgens iedere vier jaar over water te verplaatsen naar een andere stad?’

Steden als smart phones

Olthuis’ project City Apps speelt hierop in. Het project ziet steden als smart phones: ze zien er aan de buitenkant allemaal ongeveer hetzelfde uit, maar toch heeft iedereen er andere applicaties op staan. ‘Zo is het ook met steden: iedere stad heeft andere behoeftes. Door drijvend te bouwen, kan men de stad constant aanpassen aan de noden, simpelweg door gebouwen te verslepen naar een andere plaats binnen de stad of zelfs een andere stad.’ Drijvend bouwen is daarom ook duurzamer: gebouwen die anders gesloopt zouden worden, kunnen een tweede leven krijgen op een andere plaats.

Bouwen op water is inmiddels geen toekomstmuziek meer: op dit moment lopen er drijvende bouwprojecten van Waterstudio in Miami, de Malediven en Saoedi-Arabië. Het gaat onder andere om moskeeën en luxehotels. ‘Maar mijn bedoeling met dit project was dat ook juist de armen in het Zuiden ervan zouden kunnen profiteren. Neem nu  sloppenwijken, die liggen bijna altijd in gebieden nabij water, omdat niemand anders het aandurfde daar te bouwen.’

Sloppenwijken geen tijdelijk fenomeen

‘Velen gaan er van uit dat sloppenwijken tijdelijk zijn, maar dat is een misverstand. Veel sloppenwijken zijn niet erkend door de overheid, maar toch blijven ze bestaan en groeien ze zelfs. Steeds meer overheden zijn zich hiervan bewust. Ze zijn sneller geneigd om een sloppenwijk een reguliere status te verlenen wanneer er voorzieningen aanwezig zijn. Vaak ontbreken deze totaal, waardoor de wijken een onzekere status behouden’.

En juist in deze behoefte naar voorzieningen kan Olthuis’ City Apps-project voorzien: zo ontwikkelde hij drijvende sanitairblokken, zonnecollectoren, waterreinigingsinstallaties en wasruimtes, speciaal voor sloppenwijken. Op dit moment lopen er twee projecten in het Zuiden: een in de Thaise hoofdstad Bangkok en een in de Bengaalse hoofdstad Dhaka. Beide steden liggen aan het water en worden regelmatig getroffen door overstromingen.

Drijvend sanitair

Vaak is niet precies bekend waar de sloppenwijken liggen, omdat ze op geen enkele officiële kaart staan aangegeven. Olthuis wilde hierin verandering brengen: ‘Middels het wet slum-project brengen we in samenwerking met UNESCO de bestaande sloppenwijken in kaart. Daarna onderzoeken we lokaal wat er nog ontbreekt aan voorzieningen en indien mogelijk leveren we die.’ De City Apps Foundation die Olthuis oprichtte leverde in Bangkok al een sanitair blok, in Dhaka een telecommunicatie-eenheid.

Klimaatverandering zal harder toeslaan in het Zuiden, onder andere door extreem weer zoals stormen of overstromingen door overmatige regenval. Drijvende huizen zijn hier even goed of zelfs beter tegen bestand dan “gewone” huizen volgens Olthuis. Ook natuurrampen zoals aardbevingen en tsunami’s zouden drijvende huizen moeten kunnen doorstaan.

Strijd tegen klimaatverandering

‘Daarnaast bieden drijvende voorzieningen ook de mogelijkheid tot directe noodhulpverlening in geval van rampen: we kunnen bijvoorbeeld een drijvende vluchtruimte naar Bangladesh brengen als overstromingen dreigen of sanitaire voorzieningen brengen als een ramp al heeft plaatsgevonden.’ Ook voor landen die sterk getroffen zullen worden door de stijging van de zeespiegel, zoals de Malediven, kan drijvend bouwen een oplossing zijn.

Bouwen op water is nuttig in de strijd tegen klimaatverandering, want drijvend bouwen kan, net als op land bouwen duurzaam en klimaatneutraal. Zo heeft de drijvende moskee die Olthuis bouwde een airconditioningsysteem dat water benut om de binnentemperatuur te doen dalen. Drijvend bouwen is ook veel minder schadelijk voor de ecosystemen onder water dan bijvoorbeeld landwinning.

Click here to watch the video

click here for the website

Vivre dans une maison flottante, c’est l’aventure

Le Mond, Audrey Garric, July 2013

Sur sa large terrasse arborée, Rick Uylenhoet profite de la légère brise marine. Ce pilote de ligne de 47 ans, qui passe ses journées dans les airs, a choisi de vivre sur l’eau. Il est le tout premier à s’être installé dans les maisons flottantes qui ont jeté l’ancre au cœur des îles d’Ijburg, un quartier de 20 000 habitants du sud-est d’Amsterdam (Pays-Bas).

“J’ai dessiné les plans moi-même”, lance-t-il fièrement, en faisant visiter sa spacieuse et lumineuse villa de 175 m2, sur trois étages, dans laquelle il vit avec sa femme et ses deux enfants depuis 2008. Dans son grand canapé blanc, caressant son chien, il raconte : “Ici, on a l’impression d’être toujours en vacances. L’été, les enfants se baignent devant la maison et découvrent de nombreux poissons. L’hiver, ils patinent sur le bassin. C’est fantastique de vivre sur l’eau : on s’y sent libre.”

Coût de l’embarquement : 650 000 euros pour la maison, soit 3 700 euros le mètre carré, alors que les prix peuvent grimper jusqu’à 7 000 euros dans le centre d’Amsterdam. Ce prix inclut celui de la parcelle d’eau de 160 m² (130 000 euros), donnée en concession par la ville pour une durée de cinquante ans renouvelable.

“EXPLOITER CETTE EAU QUI EST PARTOUT”

Depuis quelque temps, l’horizon de Rick Uylenhoet s’est toutefois voilé. Avec le succès de ce nouveau mode de vie, une trentaine de demeures personnalisées par des architectes ont amarré sur les pontons voisins. A quelques encâblures, de l’autre côté du bassin protégé par une digue, la municipalité a par la suite installé une soixantaine d’autres habitations flottantes, toutes identiques et moins chères.

“Amsterdam cherche à exploiter cette eau qui est partout”, explique Koen Olthuis, architecte du cabinet Waterstudio, qui a construit deux des maisons du quartier. Objectif : s’adapter à la montée du niveau des mers due au réchauffement climatique, mais, surtout, pallier le manque de place – les Pays-Bas enregistrent la deuxième plus forte densité de population d’Europe.

“Les maisons sont désormais trop proches les unes des autres. J’aimerais me sentir davantage dans la nature”, déplore le pilote, en montrant la vue plongeante sur le salon de ses voisins, à travers les immenses baies vitrées.

“AVOIR PLUS DE PLACE”

Cette proximité, Maartje Ramaekers n’en a cure. Au contraire, elle l’apprécie. La jeune femme de 35 ans, conseillère dans le domaine médical, a acheté avec son mari l’une des maisons flottantes récentes, une habitation mitoyenne cubique. “On a l’impression de vivre dans un village. On est très proches de nos voisins, avec lesquels on organise des fêtes, des barbecues, et on s’aide pour le baby-sitting”, s’enthousiasme-t-elle.

C’est pour leur fille, âgée de 2 ans, que la famille Ramaekers a élu domicile dans ce quartier d’Ijburg. “On a emménagé ici à la naissance d’Arte, pour avoir plus de place et lui faire profiter de la nature”, raconte la jeune mère alors que la petite joue dans le bac à sable installé sur la terrasse au ras de l’eau. A l’intérieur de la maison baignée de lumière, les jouets sont partout : depuis la vaste cuisine au rez-de-chaussée jusqu’aux chambres en bas, sous le niveau de la mer, en passant par le salon à l’étage, qui donne sur la terrasse où trône une balançoire. Pour ces 105 m2, le jeune couple a dû débourser 300 000 euros. Un investissement non négligeable. Mais, estiment ces amoureux de la voile, l’impression de grand large est à ce prix. “Vivre dans une maison flottante, c’est l’aventure !”

ÉQUILIBRER LES MEUBLES

Il a ainsi fallu s’habituer à dormir à 1,5 mètre sous le niveau de la mer – dans la “coque” de la maison-bateau – et au roulis en cas de grand vent. “On voit régulièrement les luminaires tanguer”, décrit Maartje Ramaekers. La maison, construite sur un caisson de béton flottant, est fixée à deux piliers solidement plantés dans l’eau, qui assurent sa stabilité tout en lui permettant de suivre le mouvement de l’onde. “Nous avons aussi dû équilibrer les poids de nos meubles avec ceux de nos voisins !”, ajoute-t-elle, en montrant son piano, disposé à l’extrémité du salon. L’hiver, le gel peut aussi s’emparer des tuyaux des arrivées d’eau, d’électricité et de gaz, qui courent sous les appontements. “On vit avec”, assure-t-elle.

Malgré l’attrait du quartier – médias et curieux s’y pressent depuis cinq ans –, certains logements n’ont pas trouvé preneur en raison de la crise économique. La municipalité projette néanmoins de construire de nouvelles habitations flottantes, plus loin vers la mer. Un nouveau quartier dans lequel Rick Uylenhoet se verrait bien emménager. En y remorquant sa maison.

Click here to read the article

Click here for the website

Channel 9: “Plans for floating center in Oswego”

An interview with the developer of floating center in Oswego to be designed by Waterstudio, who made the next step by proposing the plan to the city council.

Plan To Create Floating Complex in Oswego Moving Forward

Posted on February 6, 2013 by Steve Yablonski, Oswego county today

OSWEGO, NY – Discussion for a $150 million, 150,000 square foot facility to be created in Oswego Harbor resurfaced earlier this week.

Joseph Pilotta returned to his hometown to update city officials on the progress of his plan for a business, retail, entertainment and residential facility. Pilotta, vice president of Digital Financial Group of Columbus, Ohio, describes the project as a “business entity and an entertainment entity.”

“These days,” he said, “we can no longer think inside the box, and we can’t think outside the box. We have to create a whole new box.”

“As a city, county – a region, we can’t afford not to take a look at something like this,” Oswego County Legislator Jacob Mulcahey told Oswego County Today.

Waterfront property is very important to the city of Oswego, he noted.

“So, if we’re going to infringe upon the available waterfront, what will be the benefit of all this for the city and its residents?” he asked. “I’m a big fan of creating jobs; that’s the bottom line here.”

It wouldn’t be a landlord – tenant relationship; Digital Financial Group would be an active stakeholder, Pilotta  explained. “It would have a stake in making it work instead of having a stake in just having tenants. We’re not going to just build it and then lease space to companies. This is an operating crew. It will be a destination,” he said.

The facility that would house business offices as well as a children’s science center and much more.

The Energy and Life Science Institute (the facility’s business section – the place in which job creation would take place) would house offices, business services, administrative offices, wet and dry laboratories “very important to people in the biotechnology arena,” a research and commercial network of 25 companies (the maximum for this kind of facility, he said) and about 20 luxury (one- and two-bedroom) apartments that would likely be rented by those working for the biotechnology companies, Pilotta said last summer.

The plan is still the same, he said this week.

“Hopefully we will be successful with dealing with all the permits that are required to ‘float,’ if you will, this type of complex on the water,” he said. “That means all the New York State agencies, including the Army Corps of Engineers.”

“That’s a large roadblock right there,” Mulcahey observed.

“That’s a very big roadblock,” Pilotta agreed. “Because if anyone one (of the agencies) throws a ‘no’ vote, the project is over before it even really gets started. Everybody’s got to say ‘yes.’ That unto itself is usually a very difficult proposition.”

He has already gone through one round of questioning with about five state agencies, he said, adding, “They were very receptive. But, they had questions. I’d say there were thoroughly buzzed in the sense that it was so unique, they had never heard anything like this before.”

The first phase was to answer their questions to get to the second phase, which is submitting all the requirements for them to make a determination about what else needs to be done and what other questions may need to be answered.

“We have money, from our investors. But everyone is going to wait until we have approval,” Pilotta said. “We’re putting at risk $3.6 million (legal costs and other fees) against a possible ‘no’ vote. That’s playing really big casino.”

The structure will be anchored by tethers. It will be eco-friendly, Pilotta said. It would utilize all energy possibilities, including water, wind and solar.

“It will not ruin at all the environment. There won’t be a negative impact on marine life. It will be a boon to water sports,” he said.

Theses structure can be made relatively quickly, he said. They can withstand 90 mph winds as well as the movment of the water, he added.

The yacht club would be included in the complex; and would have an enhanced facility, at the same rental deal they are getting currently, Pilotta said.

If Oswego is going to invest the property, then they want a return on their investment, Pilotta said.

“The return on the investment that I think is the biggest boon to Oswego is at least two things. And, they’re both jobs; jobs (and benefits) that I would say are good paying,” he said.

He estimates the complex would create about 96 full-time jobs. A “second phase” of jobs would come from the developmemt of the commercialization of the new technology that has been created in the alternative energy sector and in the health and fitness sector, he continued.

This isn’t going to be “a business incubator … or an accelerator,” where public money is used to try to grow businesses, he explained, adding that private money invested in companies will help them grow their products. “Maybe call it an energizer or growth basket,” he said.

People who will be invited to come in have to qualify to come in.

“That means they have to have a new technology and or service that they need to make commercial,” Pilotta said. “People invited to come in get a three-year window to be succesful. We give them $100,000 a year (for the three years).”

After two years of operation, a commercialization venture will create approximately (with 20 companies) about 120 jobs a year, he pointed out.

“So, the impact of creating 120 new jobs in Oswego, every year, that’s the potential of this plan,” he said. “Jobs in those industries pay very, very well.”

For more information or to ask a question, Pilotta can be reached at joe@hyperfluxglobal.com

Back To Top
Search